Skip to main content

Auteur: Webzaken SowiesoDigital

Aanpassing Borrelia diagnostiek

Naar aanleiding van de nieuwe richtlijn Lyme ziekte en omdat de leverancier van onze huidige test overging op een nieuwe test hebben we na een evaluatie besloten een andere test in gebruik te nemen. Bij de oude test bepaalden we totaal imuunglobulinen tegen Borrelia. Als deze positief was zetten we vervolgtesten in. Bij de nieuwe test bepalen we apart IgG en IgM antistoffen. Als een van deze positief is zetten we vervolgens een bevestigingstest (immunoblot). Met de nieuwe test voldoen we ook beter aan de nieuwe richtlijn waarin geadviseerd wordt  voortaan gebruik te maken van een test die het antigeen VLSe bevat.

U kunt de Lyme ziekte richtlijn downloaden via  http://www.diliguide.nl/document/1314 .

Hieronder volgen nog de aanbevelingen vanuit de nieuwe richtlijn Lyme ziekte voor initiële diagnose lyme:
·         Maak voorafgaand aan serologisch onderzoek een inschatting van de voorafkans op actieve lymeziekte en interpreteer de uitslag van de antistoftest op basis van deze voorafkans.
·         Doe geen serologisch onderzoek wanneer de voorafkans op actieve lymeziekte als zeer laag is geschat (vermoeidheidsklachten zonder ander aanwijzingen voor lyme).
·         Behandel voor lymeziekte wanneer de voorafkans op lymeziekte als hoog is geschat ongeacht de uitslag van het serologisch onderzoek (bijvoorbeeld bij typische EM) .
·         Behandel voor lymeziekte wanneer de voorafkans op lymeziekte als intermediair is geschat en het serologisch onderzoek positief is.
·         Herhaal het serologisch onderzoek wanneer de voorafkans op lymeziekte als intermediair is geschat, de ziekteduur korter dan 8 weken is en in het eerste serummonster geen antistoffen zijn aangetoond; behandel voor lymeziekte als herhaalde serologie positief is.
·         Behandel voor lymeziekte wanneer de voorafkans op lymeziekte als laag is geschat en het serologisch onderzoek positief is. Bespreek voorafgaand aan de behandeling met de patiënt dat een andere diagnose moet worden overwogen als de behandeling geen effect heeft.
·         Behandel niet voor lymeziekte wanneer de voorafkans zeer laag is, ook al is serologie positief. 

Voortaan veel sneller een hrHPV-test op een indicatief uitstrijkje

De start van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker ‘nieuwe stijl’ in januari 2017 is door de vakverenigingen van pathologen (NVVP) en gynaecologen (NVOG) aangegrepen om de richtlijnen op het gebied van indicatieve uitstrijkjes gelijk te trekken met die van het bevolkingsonderzoek. PAMM is als screeningslaboratorium gebonden aan deze nieuwe richtlijnen.

Wat verandert er voor de aanvrager?

Dit betekent voor u als aanvrager dat als de beoordeling van een indicatief uitstrijkje pap 2 of pap 3a geringe afwijkingen is, we voortaan direct een hrHPV-test (high risk humaan papillomavirus) inzetten. Voorheen was het zo dat er eerst een uitstrijkje gemaakt werd dat beoordeeld werd. Als de uitslag daarvan pap 2 of pap 3a geringe afwijkingen was, werd er na zes maanden een herhalingsuitstrijkje gemaakt dat beoordeeld werd en waarop de hrHPV-test gedaan werd.

Op een rijtje

De werkwijze is dus voortaan als volgt:

  • Het uitstrijkje wordt beoordeeld.
  • Als de uitslag pap 2 of pap 3a geringe afwijkingen is, doen we meteen – op hetzelfde materiaal – een hrHPV-test.
  • De uitslag van het uitstrijkje én van de hrHPV-test worden meegenomen in het herhalingsadvies: 
    • Als het uitstrijkje afwijkend is en de hrHPV-test positief is, adviseren we een doorverwijzing naar de gynaecoloog. 
    • Als het uitstrijkje afwijkend is en de hrHPV-test negatief is, adviseren we een herhalingsuitstrijkje na 6 maanden.
  • Het herhalingsuitstrijkje na 6 maanden wordt beoordeeld: 
    • Als de uitslag pap 2 of hoger is, adviseren we een doorverwijzing naar de gynaecoloog. 
    • Als de uitslag pap 1 is, gaat de patiënt weer terug in het reguliere bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker.

Het kan ook nog zijn dat de uitslag van het uitstrijkje pap 3a matige dysplasie of hoger is. In dit geval doen we geen hrHPV-test maar adviseren we meteen een doorverwijzing naar de gynaecoloog.

Wat betekent dit voor de patiënt?

Doordat we direct ook een hrHPV-test doen, heeft de patiënt sneller duidelijkheid over de gevonden afwijking.
De kosten voor de beoordeling van een indicatief uitstrijkje en voor een eventueel aanvullende hrHPV-test gaan, net als voorheen, van het eigen risico van de patiënt af. De kosten zijn:

  • Indicatief uitstrijkje: € 59,36
  • hrHPV-test: € 125,60

Afhankelijk van de overeenkomst die wij hebben met een zorgverzekeraar kunnen de kosten lager zijn dan hierboven weergegeven.
Voor vragen over bovenstaande kunt u terecht bij onze relatiebeheerder Marjan Brandhorst.

Diagnostisch vademecum voor specialisten online

Wegwijzer bij het inzenden van microbiologisch onderzoek

Handig voor u, als specialist of verpleegkundige: het online vademecum microbiologie op onze website. Een wegwijzer in alle verrichtingen die nodig zijn voor het aanvragen van microbiologisch laboratoriumonderzoek.

Hoe werkt het?

  • Voer een ziekteverwekker of synoniem daarvan in het zoekveld in
  • Er verschijnt een lijst met opties
  • Kies (klik aan) de test waar u meer informatie over wilt
  • In het vervolgscherm krijgt u vervolgens informatie te zien over de meest geschikte test, het afnamemateriaal, de afnametechniek, hoeveelheden, bewaarcondities en doorlooptijden.

Waar te vinden?

Het vademecum is te vinden via de knop ‘diagnostisch vademecum’, rechtsonder op onze homepage of via de knop ‘specialist’ en dan ‘inzenden microbiologie’. Ook is het vademecum te bereiken via deze link. 

Open Dag van de Zorg geslaagd

Op zaterdag 16 maart vond wederom de Open Dag van de Zorg plaats. Ruim 7.000 mensen namen de tijd om het MMC te bezoeken. Ook laboratorium PAMM was present.
Vermenigvuldiging bacteriën
Bij de PAMM-kramen werd uitleg gegeven over onze activiteiten. Zo konden bezoekers een kijkje nemen hoe besmettelijk een vaatdoekje, wc-bril of toetsenbord eigenlijk wel niet is. Verder bestond de mogelijkheid om door een microscoop een vlo van heel dichtbij te bestuderen. Ook de snelheid waarmee bacteriën zich vermenigvuldigen werd kleurrijk in beeld gebracht. Daarnaast werd getoond hoe diverse ziektebeelden er microscopisch uit zien en wat de rol van PAMM is in het vaststellen van diagnoses en behandelingen.
Kijkje in de keuken  
Tevens konden bezoekers een kijkje nemen op ons laboratorium. In een rondleiding van ca. 20 minuten kregen belangstellenden een kijkje in de keuken van een laboratorium.
We vonden het een erg geslaagde dag en danken alle bezoekers voor hun getoonde belangstelling. Tot ziens op de Open Dag in 2014!
   

Nieuwste uitgave van Infectienieuws verspreid

Medio december is de nieuwste uitgave van Infectienieuws verspreid.

Met in deze editie:

  • Waterzuiveringsinstallaties als bron voor legionella cluster
  • Beperkte opbrengst zikavirus onderzoek
  • Inmiddels drie patiënten met “inheemse” tekenencephalitis
  • Het Westnijlvirus
  • Point of Care influenza

Infectienieuws is een gezamenlijke uitgave van GGD Brabant-Zuidoost en PAMM. Met deze nieuwsbrief brengen wij tweemaal per jaar informatie over regionale infectieziekten en diagnostische ontwikkelingen op het gebied van het microbiologisch laboratorium van PAMM.

Klik hier voor Infectienieuws december 2018

18 november Europese Antibioticadag

18 november is het Europese Antibioticadag. Op deze dag wordt in heel Europa aandacht gevraagd voor het verantwoord gebruik van antibiotica. Door verkeerd en teveel gebruik van antibiotica zijn steeds meer bacteriën ongevoelig voor de werking ervan. Het risico daarvan is dat ziektes, zoals longontsteking of blaasontsteking moeilijker of zelfs niet meer behandeld kunnen worden.

Ook PAMM en zijn artsen-microbioloog zijn grote voorstanders van een dergelijke dag met extra aandacht voor het verantwoord gebruik van antibiotica. Zie ook op www.ecdc.europa.eu / www.nvmm.nl

Behandeling en preventie van infectieziekten is van levensbelang. De arts-microbioloog en het medisch microbiologisch laboratorium zijn verantwoordelijk voor diagnostiek van infectieziekten, advisering over de behandeling ervan en het maken en bewaken van beleid in relatie tot infectiepreventie en antimicrobiële resistentie; het medisch microbiologisch laboratorium fungeert hierbij als uitvalsbasis. Juist de samenhang tussen deze taken leidt tot doelmatige en kosteneffectieve diagnostiek, behandeling en preventie van infecties.

Interessante documenten en links:

Flyer: Nascholing huisartsen door PAMMPresentatie: Antibiotica resistentie in relatie tot voorschrijven (Dr. M. Wegdam-Blans, arts-microbioloog PAMM)
Video:  What do we do when antibiotics don’t work any more? (Maryn McKenna)Video: The Evolution of Bacteria on a “Mega-Plate” (Petri Dish, Kishony Lab)
Video animatie: Antibiotic resistance (JPIAMR)
Video animatie: Hoe ontstaat resistentie tegen antibiotica? (RIVM)

 

   

Peter de Zwart treedt toe tot de raad van bestuur van Stichting PAMM

De Raad van Toezicht van Stichting PAMM deelt u graag mede dat per 1 augustus 2018 de heer Peter de Zwart benoemd is tot bestuurder van Stichting PAMM. Met zijn benoeming krijgt PAMM een ervaren bestuurder met passie voor verbeteren en vernieuwen van de zorg. Peter de Zwart zal samen met de huidige bestuurder, Wim Bruinenberg, een tweehoofdige, collegiale Raad van Bestuur vormen tot 1 januari aanstaande.

Profiel Peter de Zwart
Peter was ruim 11 jaar ziekenhuisbestuurder; in het Canisius Wilhelmina ziekenhuis, Nijmegen en Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis, Tilburg/Waalwijk. Hij werkte eerder als behandelend arts, manager in de farmacie en partner gezondheidszorg bij Twynstra Gudde. De afgelopen jaren was Peter directeur Gezondheidszorg bij AT Osborne – managers & consultants. Peter studeerde geneeskunde aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en heeft daarna diverse managementopleidingen gevolgd.


Peter de Zwart
Neem voor meer informatie contact op met Lilianne van Kaauwen, communicatieadviseur van Stichting PAMM.  T. +31 (0)88 – 444 20 36 | E. l.vankaauwen@pamm.nl
Contact

Medisch bericht met betrekking tot urine diagnostiek

PAMM vervangt de UriSwab als afnamemateriaal voor urine voor een beter alternatief, namelijk de Vacuette CCM vacuümbuis. Met dit nieuwe afnamemateriaal verbetert de kwaliteit en de productiviteit van de diagnostiek. Deze 4 ml vacuümbuis kan op twee manieren gebruikt worden: 

  • In combinatie met urinepotjes die speciaal voor een vacuümbuis bestemd zijn.
  • In combinatie met een speciaal opzuigrietje.

De vacuümbuis en het opzuigrietje kunt u, in één bestelling, bij PAMM bestellen (PAMM nummer 5).
Gebruik en opslag
Bekijk hier de gebruiksinstructie voor de verschillende manieren waarop de vacuümbuis gebruikt kan worden. De komende tijd vindt u deze instructie bij uw bestelling. U dient alleen het buisje met de aanvraagbon (behalve als u digitaal aanvraagt) naar PAMM te sturen.
Om de urinebuisjes goed te kunnen verwerken, zijn de volgende zaken van groot belang:

  • De met urine gevulde buisjes moeten helemaal vol zijn.
  • De gevulde buisjes moeten bij kamertemperatuur bewaard worden. En dus niet in de koelkast.
  • De buisjes moeten zo snel mogelijk bij PAMM zijn. Voor betrouwbare diagnostiek moet PAMM ze binnen 24 uur verwerken. Hoe langer het duurt, hoe groter de kans op een onbetrouwbare uitslag.

NB Urine voor CMV diagnostiek blijft u, zoals u gewend bent, inzenden in een steriel potje.
Vervanging
Heeft u nog UriSwabs op voorraad? Deze kunt u gewoon opmaken. De UriSwabs worden geleidelijk vervangen door de vacuümbuizen.
Heeft u vragen of opmerkingen? Neem dan gerust contact met ons op via T. 040-8888177.

Zikavirus: kijk voor actuele informatie op de website van het RIVM

Kijk voor actuele informatie op de website van het RIVM.
Sinds enige tijd wordt het zikavirus verspreid in Zuid- en Midden-Amerika door de Aedesmug. Deze muggen zijn overdag actief en komen niet in Nederland voor. Er zijn aanwijzingen voor een verband tussen een zikavirusinfectie tijdens de zwangerschap en microcefalie bij de foetus. Onderzoek hiernaar loopt, net als naar een relatie met het syndroom van Guillain-Barré en neuropathie. Ook is er nog onduidelijkheid over eventuele transmissie via bloedtransfusie en sperma.

Landen/gebieden met bevestigde zikavirus-infecties in de laatste twee maanden (bron: ECDC 16-02-2016).

Symptomen
Slechts 25% van de geïnfecteerden ontwikkelt 3 tot 12 dagen na de beet van een besmette mug klachten. Bij klachten gaat het om:

  • Matige koorts
  • Conjunctivitis: niet etterige ontsteking van het oog (oogbindvlies-ontsteking)
  • Hoofdpijn 
  • Gevoelloosheid 
  • Spier- en gewrichtspijn 
  • Huiduitslag

Kijk voor uitgebreide informatie op de website van het RIVM.
Preventieve adviezen
Voor de reis:

  • Zwangere vrouwen en vrouwen die zwanger willen worden, wordt uit voorzorg geadviseerd om niet-noodzakelijke reizen naar de betreffende gebieden uit te stellen of te annuleren.
  • Als een zwangere vrouw toch besluit een risicoland te bezoeken, is het advies om preventieve maatregelen te nemen ter vermijding van muggenbeten gedurende dag en nacht.

Tijdens en na de reis:

  • Aan mannen die in landen zijn geweest waar het zikavirus heerst én een zwangere vrouw hebben, wordt geadviseerd om tijdens de reis en tot één maand na terugkeer een condoom te gebruiken bij geslachtsgemeenschap.
  • Bij een zwangerschapswens is het advies te wachten tot één maand na terugkeer uit een gebied waar het zikavirus heerst en tot die tijd een condoom of andere anticonceptie te gebruiken.

Diagnostiek bij zwangere vrouwen na terugkeer
Op dit moment is er alleen een PCR-test beschikbaar die het virus in de acute fase kan aantonen. Er wordt gewerkt aan het valideren van een serologische test die antistoffen kan aantonen. Validatie van de serologie is niet op korte termijn te verwachten.
Gynaecologen (NVOG) hebben in samenwerking met andere beroepsgroepen (o.a. huisartsen en verloskundigen) een algoritme opgesteld voor diagnostisch onderzoek bij zwangere vrouwen die tijdens de zwangerschap in een gebied waar het zikavirus heerst zijn geweest. De schematische weergave van dit algoritme vindt u onderaan dit bericht.
Bij dit algoritme wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • Zwangere vrouwen die zich, ongeacht de klachten, binnen een maand na terugkeer melden
  • Zwangere vrouwen die zich later dan een maand na terugkeer melden

Bij onderzoek binnen een maand na terugkeer kan bloed/urine-onderzoek (PCR) zinvol zijn om een acute infectie aan te tonen. Bij onderzoek later dan een maand na terugkeer wordt geadviseerd twee keer spijtserum af te nemen met een interval van twee weken. Dit serumpaar wordt bewaard en kan na validatie van de serologie alsnog onderzocht worden.
Overleg met uw arts microbioloog voordat u diagnostiek inzet. Kijk ook op de website van het RIVM voor de concept richtlijn zikavirusinfectie, inclusief de bijlagen ‘Diagnosiek zikavirus (bijlage 1) en ‘Zikavirus en zwangerschap’ (bijlage 2).
Naast onderzoek op de aanwezigheid van het zikavirus is het advies om de zwangere 4-wekelijks door middel van geavanceerd echo-onderzoek (GUO1 of GUO2) te vervolgen in een perinatologisch centrum.
Veel gestelde vragen
Kijk voor veel gestelde vragen over het zikavirus op de website van het RIVM.